Ga direct naar de contentGa direct naar de content

Onze hersenen zijn dag en nacht actief. Die activiteit is te meten via hersengolven. Eigenlijk is dat niks anders dan het aantal signalen per seconden. Dat aantal signalen is hoog als je aan het studeren bent en laag als je slaapt. Bij bepaalde ziektes kan de hersenactiviteit veranderen. Zo ook bij dementie. Over het algemeen wordt de hersenactiviteit bij dementie trager.

De hersenen stimuleren 

Maar wat als je de hersengolven weer kunt versnellen? Verminderen dan ook de klachten? Dat wordt op allerlei manieren geprobeerd, bijvoorbeeld via geluid, licht, magnetische velden of elektrische stroompjes. De meest voorkomende vormen van hersenstimulatie:  

Werkt hersenstimulatie?

Door alle positieve resultaten zou je heel enthousiast kunnen worden over hersenstimulatie met apparaten. Het maakt niet uit welke methode je gebruikt, alles lijkt positief te werken. Dit maakt onderzoekers achterdochtig, want dat wijst op het zogenaamde placebo effect. Dit betekent dat de positieve effecten die mensen ervaren van hersenstimulatie komen door wat ze verwachten en hopen, niet per se door de stimulatie zelf. Daarnaast heb je onderzoek bij grote groepen mensen nodig om te concluderen dat iets werkzaam is, en dat is nog niet gedaan.

Controleren voor placebo effect 

De studies proberen te corrigeren voor het placebo effect. Ze vergelijken een echte behandeling met een neppe behandeling. Zo’n neppe behandeling echt laten lijken is niet altijd makkelijk met deze apparaten. De deelnemers hebben makkelijk door of het apparaat werkt of niet. Zo zorgt magnetische stimulatie voor pulsen die je op de hoofdhuid voelt of het samentrekken van spieren in het gezicht. Bij stroompulsjes voelen mensen ook een tinteling, warmte of jeuk in het gezicht en ook geluid en licht zijn duidelijk merkbaar. 

Maximaal te verwachten effect 

Voor wetenschappelijk bewijs heb je onderzoek nodig bij hele grote groepen mensen, en dat is nog niet gedaan. De haalbare effecten van hersenstimulatie in de toekomst zullen klein en tijdelijk zijn. Voor wetenschappelijk onderzoek is dat niet erg. Ook een klein effect is de moeite waard om verder te verkennen. Net als bij de huidige medicijnen worden hooguit enkele symptomen van dementie verzacht. De ziekteprocessen in de hersenen gaan helaas gewoon verder.    

Positieve verhalen op internet 

Een medicijn zou nooit op de markt mogen komen met de kleine onderzoeken die nu zijn gedaan. Voor apparaten gelden andere regels. Die hebben geen bewijs nodig voor werkzaamheid, alleen voor de veiligheid. Het gevolg is dat er al bedrijven zijn die behandelingen met hersenstimulatie aanbieden bij dementie. Op internet hoor je soms hele positieve verhalen hierover. En die kunnen echt waar zijn, het placebo effect kan heel groot zijn als je echt gelooft dat iets werkt. Ingewikkelde rituelen, een luisterende en begripvolle therapeut en zelfs hoge kosten vergroten het placebo effect. En deze commerciële behandelingen hebben dat allemaal.  

Toch is het belangrijk om kritisch te blijven. Hersenstimulatie wordt niet vergoed en patiënten betalen vele duizenden en soms meer dan tienduizend euro. Daarnaast worden behandelingen vaak uitgevoerd buiten het toezicht van artsen.   

Alternatieven voor hersenstimulatie 

Het veranderen van hersengolven klinkt indrukwekkend, maar gebeurt ook vanzelf. Als je iets nieuws leert, versnellen je hersengolven. Onderzoekers hebben ook laten zien dat bijvoorbeeld muziek en meditatie hersengolven kunnen stimuleren. Lees meer over het actief houden van je brein.  

Eindconclusie hersenstimulatie 

Op dit moment lopen er wereldwijd meer dan vijftig onderzoeken naar breinstimulatie bij dementie. Veel wetenschappers willen er dus meer van weten. Al dat onderzoek laat ook zien dat we er nog lang niet zijn. Tot nu toe is breinstimulatie een onbewezen behandeling. Als dit ooit verandert, zal het meteen worden vergoed door de basisverzekering. De apparatuur is namelijk relatief goedkoop en de behandeling is ook vrij eenvoudig uit te voeren. Van de duizenden euro’s die er nu voor gevraagd worden, wordt alleen de therapeut beter.