Ga direct naar de contentGa direct naar de content

Ze adviseert op basis van het onderzoek de richtlijnen voor Alzheimerdiagnostiek aan te passen. De Alzheimercentra van Amsterdam, Maastricht en Nijmegen werken daarom momenteel aan een aanvraag voor een verandering van de richtlijn. Naar verwachting zal de aanvraag in de loop van 2011 leiden tot een nieuwe richtlijn.
 

Diagnose

Of iemand de ziekte van Alzheimer heeft, wordt meestal vastgesteld aan de hand van dagelijkse symptomen, neuropsychologische tests en eventueel een MRI-scan van de hersenen. Meestal levert dat een duidelijke diagnose op. Bestaat er nog twijfel, dan kan na een ruggenprik in het hersenvocht van de patiënt naar bepaalde eiwitten worden gekeken die karakteristiek zijn voor Alzheimer.

Belangrijk

Het onderzoek van Petra Spies wees uit dat een aanzienlijk deel van de artsen in geheugenpoli's bij twijfel over de diagnose geen gebruik maakt van een ruggeprik. Dit terwijl de prik in een kwart van de gevallen leidt tot een bijstelling van de diagnose en de prik veilig kan worden uitgevoerd.  Spies: "Hoofdpijn was de enige geregistreerde complicatie."
Wanneer er twijfel bestaat over de diagnose is een ruggenprik dus een waardevolle aanvulling. Volgens artsen is de afwezigheid van een duidelijke richtlijn de voornaamste factor om geen ruggenprik te doen. "Op basis van ons onderzoek vinden we daarom dat de richtlijn voor Alzheimer op dit punt snel moet worden aangepast." Het stellen van een juiste diagnose is namelijk erg belangrijk voor de verdere behandeling van dementie.
 

Alzheimercentra

Alzheimer Nederland werkt al jaren nauw samen met de Alzheimer Centra in Nederland in Maastricht, Amsterdam (aan de VU) en Nijmegen. Sinds 2008 is ook een Alzheimer Centrum in Groningen actief. Alzheimer Centra zijn met steun van Alzheimer Nederland opgericht om patiëntgericht onderzoek op het terrein van dementie te stimuleren. Het soort onderzoek wisselt per Centrum, maar valt binnen het terrein van vroegdiagnostiek en de klinische behandeling en begeleiding van patiënten en hun naaste omgeving.